Eisen Praktijk
1. Boot zeilklaar en nachtklaar maken
2. Zeil aan- en afslaan
3. Boot te water laten, uit het water halen en verhalen
4. Stand en bediening van de zeilen
5. Sturen, roer- en zwaardbediening
6. Overstag gaan
7. Gijptechnieken
8. Aanlopen bovenwinds gelegen punt
9. Opkruisen nauw vaarwater
10. Afvaren van hogerwal en langswal
11. Afvaren van lagerwal
12. Aankomen aan hogerwal en langswal
13. Aankomen aan lagerwal
14. Hangtechniek en gewichtsverdeling
15. Boot stilleggen en op gang brengen
16. Omslaan en oprichten van de boot
17. Bijzondere vaartechnieken: planeren, varen op golven, achteruitzeilen
18. Afmeren van de boot
19. Veilig handelen bij windvlagen
20. Zeiltrim
21. In de sleep komen, gesleept worden, uit de sleep gaan
22. Puzzel- en/of toertocht volbrengen
23. Kennismaken met wedstrijdzeilen
Eisen Theorie
1. Schiemanswerk
2. Zeiltermen en benaming van onderdelen van de boot
3. Reglementen
4. Onderhoud van de boot
5. Vaarproblematiek van grote schepen
Tijdens de zeillessen worden de cursisten verondersteld de beginselen van het zeilen, zoals behandeld bij Jeugdzeilen I en II, te beheersen. Het certificaat omvat zowel de basis- als de gevorderdenmanoeuvres zoals aankomen aan hogerwal én lagerwal. Verder worden er bijzondere technieken en de beginselen van het wedstrijdzeilen behandeld. Dit alles onder redelijke omstandigheden, tot en met windkracht 5 Beaufort. De theorie sluit bij het gevorderdenniveau aan.